“ZE OPENDE MIJN JOURNAL EN SLOEG DE LAATSTE GRENS OVER”
- Lex
- 1 mei
- 8 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 3 mei
Het is alsof de wereld even stil staat, maar mijn gedachten beginnen te razen.
Ik probeer me te concentreren op mijn ademhaling, maar waarom lukt dat niet?
Ik voel me ineens veel kleiner, maar tegelijkertijd eigenlijk ook heel groot, net als Vegeta uit Dragon Ball Z. Ja, dat klinkt misschien een beetje weird, maar dat is wel precies het gevoel.
In mijn tienerjaren was ik verliefd op Vegeta, super intens. Ik kende elke aflevering, elke beweging die hij maakte, elke blik, maar wat mij het meest fascineerde was vooral:
zijn MADNESS.
Ik kon zijn woede bijna voelen, zo intens. Die momenten wanneer hij niet gewoon boos is, maar verwoestend boos. Vernietigend boos. De kleine rimpels op zijn voorhoofd en zijn ogen die zo fel branden dat je wist dat hij alles zou vernietigen. Ik kon zijn lichaam bijna voelen trillen door mijn moeder haar televisiescherm, als een vulkaan die op het punt staat uit te barsten. Ik ging altijd zo goed op zijn stem die omhoog schalt en het hele landschap lijkt te schudden, alsof het universum weet dat er iets groots aankomt. Wat kon ik daarvan genieten.
In een split second was ik ver verdronken in mijn ziel. Volledig veranderd in mijn grote held Vegeta himself.
Niet letterlijk, natuurlijk, maar in mijn hoofd was ik Vegeta in dit pijnlijke moment van verraad.
Een doorgeslagen Vegeta zou zijn energie in één vreselijke uitbarsting eruit gooien waar niets en niemand hem zou kunnen stoppen. Ik wenste dat ik in dit moment dezelfde krachten had.
“Adem Shar” Ik nam een diepe adem en glimlachte in mezelf. Oké, misschien heb ik nu niet mijn Super Saiyan power en was ik niet op het punt om alles te kunnen vernietigen zoals Vegeta, maar je zou toch eens moeten weten.
“ KOP THEE ALS HOU VAST ”
Deze koude winterdag valt best mee in tegenstelling tot alle andere dagen. De zon schijnt en dat doet echt al meer dan de helft voor mij. Ik kijk naar het zonlicht wat schijnt op haar voorhoofd en denk aan de zon die heel dankbaar mag zijn dat ze zo mooi op haar mag schijnen.
Ik glimlach en net voordat mijn hand haar voorhoofd raakt kijk ze langzaam omhoog. Ik trek mijn hand terug.
Ze kijkt me strak in mijn ogen aan, net iets te lang, alsof ze de woorden zocht, voordat ze eindelijk sprak:
“Ik moet je iets vertellen.”
Ik kijk snel weg, buig mezelf over haar heen en reik uit naar mijn veel te hete kop thee. Ik voel dat mijn hand onbewust iets steviger de kop thee vastpakt. Het was een automatische reactie, het glas stevig vast, als een manier om iets in mezelf vast te houden. Ik adem kort in, houdt mijn stem kalm, laag, standvastig en vertrouwd zeg ik:
“Oké… wat dan?”
Ik kijk haar weer aan. Ik vertrouw haar, dat was altijd zo geweest. Wat ze me nu ook zou zeggen, daar komen we uit en kunnen we over praten. Toch voelde ik iets schuiven in mijn buik, een lichte spanning die ik niet direct kon plaatsen.
Ze ademt diep in, haar blik is schuw, maar vastberaden.
“Ik heb in je journal gelezen.”
Mijn adem stokt. Vier seconden gok ik, maar het voelt als een eeuwigheid. Mijn blik raakt die van haar.. diep, rechtstreeks, zonder af te wenden. In die paar seconden ga ik van kalm naar… iets heel anders, onbeschrijfelijk. Mijn stem is nu te laag, te vast en alle liefde in mijn stem is verdwenen.
“Welke?” vraag ik.
Ze draait haar gezicht iets weg, maar haar ogen blijven in de mijne.
“Die beneden, ” zegt ze zacht, bijna fluisterend. “In de garderobekamer.”
SUPERSAYIN “ FINAL FLASH”
Terwijl ik haar aankijk probeer ik de flits van woede weg te stoppen. Maar daar was toch het “Final Flash” moment van mijn held Vegeta. In dat moment voelde ik dat als een vorm van zelfbescherming: ik had misschien niets te vernietigen, maar mijn hart voelde het wel.
Mijn splitsecond Vegeta power geeft me een oppermachtig gevoel maar even terug naar de realiteit Shar. Mijn adem is nog steeds weg, de woorden hangen tussen ons in. Mijn hart begint iets sneller te kloppen, en ik voel dat ik ruimte nodig heb.
Voor iedereen zijn veiligheid loop ik weg en zeg ik: “Ik loop even naar beneden, geef me heel even”
Mijn kop thee smijt ik nog net niet terug in de vensterbank. Niks meer om aan vast te houden. Ik zoek mijn grip in mijn trapleuningen en bij elke stap houd ik steviger vast. Ik loop op de eerste verdieping gelijk door naar mijn slaapkamer en ga zitten op de rand van mijn bed. Mijn hart klopt in mijn keel van woede. Alle Surinaamse scheldwoorden die ik mijn moeder ooit heb horen zeggen in de telefoongesprekken in de jaren ‘90 met haar zuster vliegen razendsnel voorbij met de meest luide stem. Sommige scheldwoorden worden zelfs meerdere malen herhaald. Ik sta weer op en doe de slaapkamer deur dicht.
Ik voel het, ik verlies mezelf. Alsof mijn yeye ( ziel ) mijn lichaam heeft verlaten. Mijn gedachten gaan gelijk naar mijn lieve therapeute Angela. En mijn lijf reageert door diep in te ademen. Focus en adem.
“Denk aan Angela, Shar” Ik leg mijn linkerhand op mijn hart, sluit mijn ogen en zeg met het laatste beetje liefde in mijn hart : ”Eerst terug naar je Goddelijke zelf en dan reageren.” Dat is de mantra die Angela mij heeft geleerd. Het had al meerdere keren voor me gewerkt, dus nu ook.
Voor maar heel even voel ik de rust terug komen in mijn lijf terwijl ik mijn uiterste best doe om me fully te focussen op mijn ademhaling. Het gevoel van teleurstelling komt als een tsunami over me heen. Wat bezielt jou?
Waarom zou je zoiets doen?
Dit is een plek waar ik in vertrouwen afdaal naar mezelf, waar woorden geboren worden uit stilte en waar ik mijn waarheid toevertrouw aan papier.
“ GOUDEN REGELS “
Maar jij.. met obsessie als bloed aan je handen kan ik voelen hoe diep je klauwt, hoe je vast je grijpt en de volledige controle wilt hebben.
Jij stapte naar binnen zonder te kloppen, zonder te vragen. Alsof mijn binnenwereld van jou was. Alsof jij recht had op mijn ongefilterde zelf.
Mijn moeder heeft mij echt een aantal “Gouden Regels” meegegeven: je kijkt niet in andermans spullen. Dat was de eerste regel die ik meekreeg als ik ging spelen bij een schoolvriendinnetje. Geen dagboeken, geen tassen, geen kasten, geen laatjes. Niet omdat het niet spannend is, maar omdat het niet van jóu is. Het zijn die ongeschreven waarden die je vormen als mens. Respect, grenzen, integriteit. Dingen die je niet hoeft uit te leggen, omdat ze in je botten zitten. Wat zit er dan eigenlijk in jou botten?
Wat zocht je daar, tussen mijn heiligste woorden?
Een antwoord? Een houvast? Een bewijs dat jou vermoeden kloppen? Wat hoopte je te vinden in mijn rauwe stukken, iets dat jou zou helen, of iets om mij te bezitten? Wilde je mij begrijpen, of controleren?
Wat is het in jou dat niet rusten kan, zolang je niet alles weet, alles vasthoudt en alles controleert?
Doet dit pijn, ja. Als de “Ten of Swords” in het Kleine Arcana van mijn tarot-deck.
Maar deze pijn wijst mij ook iets aan. Een obsessie vermomd als zorg.
Een vorm van hechting die niet ademt, maar grijpt. Een controle in de gedaante van nabijheid.
En ik? Ik adem in. Ik voel me grens, niet als muur maar als mantel. Ik neem mijn ruimte terug, liefdevol, maar helder. Mijn woorden zijn mijn ritueel. Mijn gebeden. Mijn heling. Niet bedoeld om door anderen gelezen te worden, maar om mijzelf dieper te ontmoeten.
Maar dit, jij, jij voelt als een spiegel. Een les over energetische hygiëne. Over eigenaarschap. Over het heilige van mijn innerlijke stem.
Ik vergeef het je. Hier in dit moment. Eerst mezelf. Maar ik zal je vergeven.
Maar voor nu, kies ik ervoor om dit deel van mij weer te bekleden met stilte. Te bewaken. Te eren en te beschermen.
Zoals je een tempel bewaakt tegen wie het vuur wil aanraken zonder zich eerst te reinigen.
“VOLDEMORT LAS OOK DAGBOEKEN – EN KIJK HOE DÁT IS AFGELOPEN”
De dertien - laagse bubbel die ik in de afgelopen minuten razendsnel heb gebouwd wordt bruut verstoord. De kamer deur gaat open. Daar hebben we onze Voldemort rechtstreeks uit Harry Potter. De binnendringer in mensen hun geesten en dagboeken. Hij is die schaduw die niet rust voordat hij je binnenwereld kent, niet uit liefde, maar om controle te krijgen. Hij leest geen boeken uit nieuwsgierigheid of compassie , hij leest je dagboek om je zwakte te vinden. Hij bladert door je kwetsbare zinnen op zoek naar open wonden waar hij zijn gif in kan druppelen.
Hij is die stem die fluistert: “Geef mij toegang tot je waarheid, dan zal ik je beschermen” maar ondertussen bewaart hij je woorden als wapens. Hij verzamelt je verhalen niet om je te begrijpen, maar om ze tegen je te gebruiken.
Terwijl ik naar haar kijk barst ze uit met allerlei excuses. De eerste komt nog binnen: “Het was niet mijn bedoeling...” en daar raakt ze me kwijt. Ik wil niks meer horen en sterker nog, ik hoor ook niks meer.
Ik beland in mijn “mental drift”. En terwijl ik staar naar de roze spijlen van mijn trap op de gang hoor ik haar zeggen: “Ik hoop echt niet dat je heel boos bent maar ik wilde wel eerlijk tegen je zijn.”
Ik haal mezelf uit de staar naar de trap en werp mijn blik rechtstreeks in het hart van haar beide ogen van verraad. Ik wacht toch nog heel even met mijn antwoord.
“Eerlijk? Wat weet jij van eerlijkheid. Laat me jou nog eens goed bekijken. Een diepe inademing en ik antwoord: “Ik ben niet boos, wel teleurgesteld, but that’s it.”
Ik geloof namelijk dat sommige situaties ontstaan tussen twee mensen waar je in het eerste moment al kan voelen of het je energie waard is om hier iets over te zeggen. Aangezien ik mezelf niet kan veranderen in Vegeta kies ik er ook voor om weinig woorden vuil te maken, mijn energie te sparen om ruimte te maken om de dood van mijn journal te verwerken en in een periode van rouw te stappen.
En laat ik jou voor God en de Engelen.
Er komt een moment waarop je voelt: niet alles mag meer binnenkomen. Niet elke stem verdient mijn aandacht. Niet elk verzoek vraagt om mijn energie. Je begint te beseffen hoe kostbaar je innerlijke rust is, hoe waardevol je helderheid is, je ruimte en je zachtheid.
Grenzen zijn geen muren, maar poorten. Jij bepaalt wat er doorheen mag stromen. Je hoeft jezelf niet te verliezen in de ruis van anderen. Je hoeft niet beschikbaar te zijn voor alles wat trekt, claimt of controleert. Obsessie is geen liefde. En controle is geen veiligheid.
Kies ervoor om thuis te blijven in jezelf. Laat je energie terugkeren naar waar ze thuishoort: bij jou. In jouw tempo, op jouw voorwaarden, met jouw waarheid als kompas.
En terwijl je je grenzen bewaakt, vergeet niet je hart open te houden. Sluit je niet af voor liefde omdat het ooit pijn deed. Laat je niet verstenen door teleurstelling.
Bitterheid is een schaduw die je licht wil doven , maar jij kiest anders.
Jij kiest zachtheid, met bewustzijn.
Liefde, met onderscheid.
En een open hart dat zichzelf nooit meer verraadt.
Yours truly,
Lex.
The Journal of Transformation is out now. 30 days to Radical Self-Love.
Dive deep, order yours here!
Vrouw!! Wat heb jij een geweldig mooie gave! Terwijl ik je blog las, hoorde ik je stem gewoon. Je kalme, warme stem. Jij kan vertellen! Als jij verhalen zou voorlezen, zou ik in slaapvallen. Niet omdat het zo saai zou zijn, maar omdat je stem zoooo soothing is en dat is ook met jouw blogs zo. Je verteld zo smeuïg, vol passie en spanning!! Alleen val ik niet in slaap, maar wil ik verder lezen! Ik kan niet wachten op het vervolg. Ga zo door! Lobi. Chel